top of page

Aliyah

Wees niet bang, want Ik ben bij je. Ik haal je nakomelingen uit
het oosten terug, uit het westen breng Ik jullie bijeen. Tegen het
noorden zeg Ik: Geef hier! Het zuiden gebied Ik: Laat los! Breng
mijn zonen terug van verre, mijn dochters van de einden der aar-
de, allen over wie mijn Naam is uitgeroepen, en die Ik omwille
van mijn majesteit geschapen heb, gemaakt en gevormd.
Jesaja 43:5-7

​

Sion zegt: `De HEER heeft mij verlaten, mijn Heer is mij verge-
ten.' Maar kan een vrouw haar zuigeling vergeten of harteloos
zijn tegen het kind dat zij droeg? zelfs al zou zij het vergeten, Ik
vergeet jou nooit. Ik heb je in mijn handpalm gegrift, je muren
staan Mij steeds voor ogen. Je kinderen haasten zich terug naar
huis, de vijand die je verwoestte en vernielde, trekt weg.
Open je ogen, kijk om je heen: ze stromen in drommen naar je
toe. Zo waar Ik leef ­ spreekt de HEER ­, je zult je met hen tooi-
en, hen dragen zoals een bruid haar sieraden.
Je puinhopen, je verwoeste en vernielde land ­ weldra zal het te
klein zijn voor al je bewoners, en je aartsvijand zal in de verte ver-
dwijnen. Je dacht dat je je kinderen verloren had, maar eens zul
je hen horen zeggen: `Het is ons hier te benauwd. Geef ons meer
ruimte om te wonen...' Ik zal mijn hand opheffen naar vreemde
volken, Ik steek mijn vaandel voor hen op. Ze nemen je zonen
op hun arm en dragen je dochters op hun schouders. Koningen
zullen je verzorgen, vorstinnen zullen je zogen. Ze zullen voor je
knielen, zich diep vooroverbuigen, en het stof van je voeten lik-
ken. Dan zul je erkennen dat ik de HEER ben, die niet beschaamt
wie op Hem hopen.

Jesaja 49:14-20,23

​

Wees niet bang, mijn dienaar Jakob, heb geen angst, Israël
- spreekt de HEER. Ik zal je uit dat verre land bevrijden, uit
de ballingschap breng Ik je nageslacht terug. Het volk van Ja-
kob keert terug en zal in vrede leven, zonder zorgen, zonder dat
het nog wordt opgeschrikt. Ik sta je terzijde en zal je bevrijden
- spreekt de HEER. Weet dat Ik je zal genezen, Ik zal je wonden
helen - spreekt de HEER - ook al noemt men je Verworpene en
zegt men: 'Naar Sion kijken we niet meer om.'
Dit zegt de HEER: Ik keer het lot van Jakobs tenten ten goede, Ik
zal me om zijn woningen bekommeren. De steden zullen uit de as
herrijzen, paleizen worden in hun oude pracht hersteld. Dansend
komen de mensen naar buiten, met een lofzang op de lippen. Ik
doe het volk in aantal toenemen, het neemt niet meer in aantal af.
Ik geef het aanzien, het wordt niet langer veracht. Het volk wordt
weer als vroeger en houdt door mijn bescherming altijd stand.
Jeremia 30:10,11,17-20

​

Ik zal de inwoners samenbrengen uit alle landen waarheen Ik
ze in mijn grote woede en toorn verdreven heb, ze terugbrengen
naar deze stad en ze er in vrede laten wonen. Zij zullen mijn volk
zijn en Ik zal hun God zijn. Ik zal hen één van hart en één van zin
maken, zodat ze altijd ontzag voor Mij zullen hebben en het hun
en hun nageslacht goed zal gaan. Ik zal een eeuwig verbond met
hen sluiten, Ik keer Mij nooit meer van hen af en zal hen altijd
zegenen. Ik zal hen met ontzag voor Mij vervullen, zodat zij zich
nooit meer van Mij zullen afkeren. Ik zal er weer vreugde in vin-
den hen te zegenen en zal hen voorgoed in dit land planten. Met
hart en ziel zal Ik dat doen. Dit zegt de HEER: Zoals Ik over dit
volk al dit grote onheil heb gebracht, zo zal Ik het al het goede
brengen dat Ik hun beloof.

Jeremia 32:37-42

​

Ik zal het volk van Juda onoverwinnelijk maken en de nakomelingen van Jozef laten zegevieren. Ik ben vol zorg voor hen en zal
hen veilig thuisbrengen. Dan zal het weer zijn als voorheen, alsof
Ik hen nooit verstoten had, want Ik ben de HEER, hun God, en
Ik zal hun gebeden verhoren... Ik zal hen bij Mij fluiten en hen
samenbrengen, want Ik heb hen vrijgekocht. Ze zullen weer even
talrijk worden als vroeger.

Zacharia 10:6,8

bottom of page